Inburgeringscursus Buitenland - KNS Vragen |
Onderstaand vind u alle vragen van het examenonderdeel "Kennis van de Nederlandse Samenleving" voor het Inburgeringsexamen Buitenland. Dit onderdeel test de kennis van de Nederlandse samenleving, wonen en werken in Nederland, Nederlandse geschiedenis, belangrijke gebeurtenissen en de Nederlandse overheid.
Het examenonderdeel Kennis van de Nederlandse samenleving bestaat uit 30 vragen die gaan over de film Naar Nederland. De vragen zijn in het Nederlands, u moet in het Nederlands antwoorden. U kunt alle vragen en antwoorden thuis bestuderen. Tijdens het examen op de ambassade moet u 30 vragen beantwoorden.
KNS vragen 1 t/m 30 - Inburgeringsexamen Buitenland
KNS 1. In welk deel van de wereld ligt Nederland?
KNS 2. Welk land
ligt ten zuiden van Nederland?
KNS 3. Welk land ligt ten oosten van
Nederland?
KNS 4. Welk land is groter, Nederland of Marokko?
KNS
5. Welk land is kleiner, Nederland of Turkije?
KNS 6. Wat betekent
Nederland?
KNS 7. Kijk naar de foto, wat is dit?
KNS 8. Wat
gebeurt er als er geen dijken zijn?
KNS 9. Noem een grote stad in de
Randstad.
KNS 10. In Nederland wonen daar veel mensen of weinig
mensen?
KNS 11. Wat is de hoofdstad van Nederland?
KNS 12. In
welke stad zit de regering?
KNS 13. Waar woont de koningin?
KNS
14. Waar ligt de grootste zeehaven?
KNS 15. Hoe heet de nationale
luchthaven?
KNS 16. Waar ligt Schiphol?
KNS 17. Wie helpt u als u
in Nederland aankomt?
KNS 18. Is Nederland vaak nat of droog?
KNS
19. Als u naar Nederland komt, moet u dan opnieuw uw rijbewijs halen?
KNS 20. In Nederland, zijn de wegen daar rustig of druk?
KNS 21. In
Nederland, zijn er veel fietsen of weinig fietsen?
KNS 22. Wat is
typisch Nederlands in het verkeer?
KNS 23. Leven Nederlanders veel
binnen of buiten?
KNS 24. Wie ziet u op het plaatje?
KNS 25. Was
de koning van Spanje protestant of katholiek?
KNS 26. Hoe lang duurde
de oorlog met Spanje?
KNS 27. Hoe lang bestaat de Nederlandse staat
ongeveer, vijftig jaar of vierhonderd jaar?
KNS 28. Waren de VOC
schepen voor de visvangst of voor de handel?
KNS 29. Wie schilderde
dit schilderij?
KNS 30. Is er in Nederland scheiding van kerk en
staat?
KNS vragen 31 t/m 40 - Inburgeringsexamen Buitenland
KNS 32. Welke grote stad is in 1940 gebombardeerd?
KNS 33. Waarom is Anne Frank beroemd?
KNS 34. Welke kolonie van Nederland wordt onafhankelijk vlak na de Tweede Wereldoorlog?
KNS 35. Uit welk land kwamen veel gastarbeiders, uit Turkije of uit Engeland?
KNS 36. Welke kolonie van Nederland wordt in 1975 onafhankelijk?
KNS 37. Wie zijn dit?
KNS 38. Uit welk land komt prinses Maxima?
KNS 39. Hoe heet de kroonprins?
KNS 40. Is Nederland een democratie?
KNS vragen 41 t/m 60 - Inburgeringsexamen Buitenland
KNS 41. In welke stad zit het parlement?
KNS 42. Wat is de
belangrijkste wet in Nederland?
KNS 43. Wie is de voorzitter van de
raad van ministers, de minister president of de koningin?
KNS 44. Wie
vergaderen in deze zaal?
KNS 45. Hoe vaak zijn er verkiezingen, elke
vier jaar of elke zes jaar?
KNS 46. Hoe oud moet u zijn om te mogen
stemmen?
KNS 47. Heeft Nederland één politieke partij of meer
politieke partijen?
KNS 48. Wat is de functie van deze man?
KNS
49. Is discriminatie strafbaar of toegestaan?
KNS 50. Hebben vrouwen
méér rechten dan mannen of dezelfde rechten?
KNS 51. Mogen vrouwen in
Nederland zelf kiezen met wie ze willen trouwen?
KNS 52. Is het
discrimineren van homoseksuelen strafbaar of toegestaan?
KNS 53.
Heeft Nederland één staatsgodsdienst of zijn er veel godsdiensten?
KNS 54. Zijn de kranten, radio en televisie vrij in hun mening?
KNS
55. Heeft Nederland veel televisiekanalen of is er één staatstelevisie?
KNS 56. Is homoseksualiteit toegestaan of strafbaar?
KNS 57. Is
wapenbezit zonder vergunning toegestaan of strafbaar?
KNS 58. Is
vrouwenbesnijdenis toegestaan of strafbaar?
KNS 59. Is slaan van
vrouwen toegestaan of strafbaar?
KNS 60. Hebben alle mensen in
Nederland hetzelfde geloof?
KNS vragen 61 t/m 90 - Inburgeringsexamen Buitenland
KNS 61. Welke taal spreken de mensen in Nederland?
KNS 62. Is het
belangrijk om snel Nederlands te leren?
KNS 63. Wat leert u in de
Nederlandse taalles?
KNS 64. Moet u voor een taalcursus betalen of is
het gratis?
KNS 65. Wie betaalt de taalcursus, de school of uzelf?
KNS 66. Gaan in Nederland alleen kinderen naar school of ook
volwassenen?
KNS 67. Worden verjaardagen in Nederland gevierd?
KNS
68. Als u bij iemand op bezoek gaat, maakt u dan meestal een afspraak of
loopt u zomaar naar binnen?
KNS 69. Opa's en oma's wonen die bij hun
kinderen of wonen ze apart?
KNS 70. Waarom is het goed om met
kinderen naar de Nederlandse televisie te kijken?
KNS 71. Wie is
verantwoordelijk voor wat kinderen doen: de school of de ouders?
KNS
72. Hoe oud zijn de meeste kinderen als ze naar school gaan?
KNS 73.
Vanaf welke leeftijd is onderwijs verplicht?
KNS 74. Tot welke
leeftijd is onderwijs verplicht?
KNS 75. Leren kinderen als ze
spelen?
KNS 76. Wie kiest de school voor het kind: de ouders of de
gemeente?
KNS 77. Zijn er op school aparte klassen voor jongens en
voor meisjes of zitten ze samen in één klas?
KNS 78. Dragen kinderen
op school een uniform?
KNS 79. Wat doet de jongen achter de computer,
leren of spelen?
KNS 80. Voortgezet onderwijs is dat voor kinderen
vanaf vier jaar of vanaf twaalf jaar?
KNS 81. Gaan alle kinderen
vanaf twaalf jaar naar hetzelfde soort onderwijs, of zijn er twee
richtingen?
KNS 82. Tot welke leeftijd moeten kinderen naar school?
KNS 83. Vanaf welke leeftijd mogen jongeren hun eigen keuzes maken?
KNS 84. Uzelf verzekeren tegen ziektekosten, is dat verplicht of vrij?
KNS 85. Wie betaalt uw verzekering tegen ziektekosten: de gemeente of uw
partner?
KNS 86. Als u ziek wordt, waar gaat u dan naar toe? Naar de
huisarts of naar het ziekenhuis?
KNS 87. Waar haalt men medicijnen op
recept? Bij de drogist of bij de apotheek?
KNS 88. In noodgevallen,
waar gaat u dan naar toe, naar het ziekenhuis of naar de drogist?
KNS
89. Waar werken de meeste specialisten?
KNS 90. Voor wie is het
consultatiebureau, voor grote kinderen of voor kleine kinderen?
KNS vragen 91 t/m 100 - Inburgeringsexamen Buitenland
KNS 91. Wie werken er in Nederland, alleen mannen of mannen én vrouwen?
KNS 92. Wanneer moet u werk gaan zoeken, zo snel mogelijk of later?
KNS 93. Waar is steeds minder werk te vinden: in de industrie of in de
zorg?
KNS 94. Waar is veel werk te vinden: in de landbouw of in de
zorg?
KNS 95. Wat is makkelijker te vinden: werk in de beveiliging of
in de landbouw?
KNS 96. Hoe vindt u gemakkelijker werk, via familie
of via de krant?
KNS 97. Waar kunt u zich inschrijven als u werk
zoekt, bij een school of bij een uitzendbureau?
KNS 98. Geeft men elkaar bij dit gesprek eerst een hand of gaat men
direct zitten?
KNS 99. Krijgt u in Nederland een uitkering of moet uw
partner voor u zorgen?
KNS 100. Is het leven in Nederland duur of
goedkoop?